Wees glashelder!

Leestijd: 4 minuten

zeker in overeenkomsten die het einde van een zakelijke relatie regelen

Goede overeenkomsten voorkomen een hoop narigheid. Het is een onderwerp van alle tijden bij tech-bedrijven: een bedrijf zoekt een manager, die manager heeft ook technische verbeterideeën, er komt een eind aan het huwelijk en wie mag dan nog wat doen met die kennis?

Nonconcurrentiebeding/ relatiebeding/
vaststellingsovereenkomst

Daarom worden er overeenkomsten (non-concurrentiebedingen en relatiebedingen en dergelijke) gesloten. Zo ook in het geval van een bedrijf dat zich richt op ultradun glas in de luchtvaartindustrie. Op enig moment ontslaat de BV de manager. Na enige schrijvens over en weer komt er een ‘vaststellingsovereenkomst’ tot stand, met daarin een finale kwijting. De manager gaat elders met iets soortgelijks aan de slag. En daar begint het gedonder: volgens de BV is er sprake van overtreding van het non-concurrentiebeding uit de managementovereenkomst. ‘Huh? Maar er was toch finale kwijting?’ luidde ongeveer de reactie van de manager. Die stelde zich op het standpunt dat de regeling in de vaststellingsovereenkomst erg nadelig voor hem was, en dat hij duidelijk had gemaakt dat hij die alleen zou ondertekenen als hij daarna niet belemmerd zou worden in zijn activiteiten. De BV vond dat helemaal niet duidelijk. De BV kreeg gelijk van de rechtbank op dit punt. De rechtbank woog mee dat beide partijen een advocaat hadden, en dat de manager bij het aangaan van de vaststellingsovereenkomst niet kenbaar had gemaakt dat hij verder wilde met de ontwikkeling en/of productie van glas voor de luchtvaart. Verder gaf de rechtbank aan dat een non-concurrentiebeding nu juist bedoeld is om het einde van de relatie te overleven, dus hoor je te vermelden bij finale kwijting dat die kwijting óók ziet op dat concurrentiebeding! Dus: geen finale kwijting voor wat betreft het concurrentiebeding.

Vooropgezet plan om ‘afscheid te nemen’ van manager?

Een advocaat overeenkomsten weet dan: ‘ok, als dat beding in stand is gebleven, misschien kan ik het dan laten vernietigen op grond van ‘dwaling’ of ‘bedrog’ ’. De manager had drie maanden voor zijn ontslag de managementovereenkomst ondertekend. Hij stelde zich op het standpunt dat er toen (dus) al een vooropgezet plan was om ‘afscheid te nemen’. Maar ja, dat moet je dan wel voldoende kunnen onderbouwen. De rechtbank zag in het tijdspad alleen geen ‘dus’. De manager stelde nog dat zijn opvolger vlak voor het sluiten van de managementovereenkomst samen met hem een congres had bezocht om zich de kennis en het netwerk van de manager eigen te maken. Dat vond de rechtbank onvoldoende onderbouwing.

Overeenkomst: afstand van intellectuele eigendomsrechten

Ook het feit dat de manager in de managementovereenkomst afstand had moeten doen van zijn intellectuele eigendom bracht niet het gewenste resultaat voor de manager. Er was immers bij het eind van de samenwerking nog geen bruikbaar product, en de managementovereenkomst vermeldde ook dat in de maandelijkse vergoeding een vergoeding voor ontdekkingen/vindingen was inbegrepen.

Absurd hoge boete overeenkomst

Het non-concurrentiebeding was dus fier overeind blijven staan en ook geschonden: boete. Het concurrentiebeding gold voor twee jaar, EUR 1.000 per dag. De boete was daarmee doorgetikt tot bijna zeven ton! Gelukkig kennen we in ons land iets als “redelijkheid en billijkheid”, door juristen ook wel afgekort tot ‘R&B’: de Rhythm-and-Blues van het Nederlandse wetboek. De rechter vond de boete absurd hoog en ging de boete matigen, om diverse redenen. Ten eerste was de manager al vóór de samenwerking actief op het gebied van glastoepassingen voor de luchtvaart. Ten tweede was ultradun glas voor de luchtvaart zijn geesteskind. Ten derde had de ander de managementovereenkomst met daarin de boetes opgesteld, was over de hoogte van die boetes niet onderhandeld en had de manager op dat moment geen advocaat. Verder was de schade niet onderbouwd, zodat de boete waarschijnlijk veel hoger was dan de schade. Uiteindelijk moest de manager twee ton boete betalen. Dat is nog steeds niet mis maar in ieder geval geen zeven ton.

Misleidende reclame / diefstal bedrijfsgeheimen

Er speelde nog meer in deze zaak, waaronder beweerdelijke misleidende reclame en een tegenvordering wegens beweerdelijke diefstal van bedrijfsgeheimen. Dit stuk zou echter te lang worden als ik daar ook nog iets over zou schrijven. Voor geïnteresseerden in het onderwerp ‘diefstal van bedrijfsgeheimen’ verwijs ik naar dit stuk, voor geïnteresseerden in het onderwerp ‘misleidende reclame’ verwijs ik naar dit stuk.

Advocaat overeenkomsten gezocht?

Bel vrijblijvend

Moraal van dit verhaal

Wat leren we hier nou van? Als je het aandurft om ondanks bovenstaand verhaal een overeenkomst te sluiten die niet door je advocaat binnen en buiten is gekeerd, geldt het volgende. Wees ‘glashelder’ bij het opstellen van een overeenkomst, zeker als het gaat om een zogenaamde ‘vaststellingsovereenkomst’. Als niet helder is hoe een bepaling het beste kan worden geformuleerd, zet dan in ieder geval in de overeenkomst vooraf aan ‘artikel 1’ in ‘normale-mensen-taal’ wat de bedoeling is van partijen. Anders gaat de rechter gokken en dat wil je niet. Laat je ondervragen door een juridisch onderlegd persoon over je bedoelingen, zodat die kan checken of die bedoelingen ook blijken uit de conceptovereenkomst; wees je er wel van bewust dat advocaten verplicht verzekerd zijn tegen beroepsaansprakelijkheid, en dat dit bij ‘juristen’ anders kan liggen. Oh, en accepteer geen ongemaximeerde boeteclausules….


Lees-verder-tips:


9 april 2019, Mr. Jan Smolders
Deze column verscheen eerder op Engineers Online.

Dohmen advocaten

twitter: http://twitter.com/Jan_Smolders
linkedin: http://nl.linkedin.com/in/jansmolders
i: www.dohmenadvocaten.nl

Afspraak/telefonisch overleg

Wilt u graag een afspraak maken of wilt u uw zaak nu voorleggen, Dohmen advocaten is iedere dag van 9:00 tot 17:00 telefonisch bereikbaar via 013-5821987.

Ook kunt u contact opnemen met ons via het onderstaande formulier: