Ontwerpen en 3D-printen. Soms bellen klanten tijdens ons gratis juridisch spreekuur IE-ICT-Techniek en stellen dan een vraag waarop niet altijd direct een pasklaar antwoord is. Stel, een 3D-printontwerpbedrijf (dat we hierna ‘3DWorx’ noemen) maakt voor een professionele klant een ontwerp dat die klant vervolgens zelf wil uitprinten. Mag 3Dworx dit ontwerp voor anderen gebruiken? De eerste vraag die je dan stelt, is: in welk land is 3Dworx gevestigd en in welk land is de opdrachtgever gevestigd? Stel dat het antwoord in beide gevallen “Nederland” is. Ik behandel de Nederlandse situatie als voorbeeld om te laten zien hoe ingewikkeld het kan worden.
Vraag over ontwerpen en 3D-printen?
Bel vrijblijvend
Op het uiterlijk van een gebruiksvoorwerp kan auteursrecht en een modelrecht rusten. Daarbij is het goed om te weten dat modelrecht – bijna net als auteursrecht – ‘automatisch’ ontstaat; registratie is wel mogelijk, maar niet noodzakelijk. Het beschrijven van de verschillen tussen een niet- en wél ingeschreven model voert voor nu te ver en is voor dit verhaal ook niet relevant. Waar het een gebruiksvoorwerp betreft, is er automatisch sprake van een model – in juridische zin: het auteursrecht heeft een veel hogere drempel dan het modelrecht, namelijk een “eigen oorspronkelijk karakter” en het “persoonlijk stempel van de maker”. ‘Origineel’, of ‘oorspronkelijk’ houdt, kort gezegd, in dat de vorm niet ontleend mag zijn aan die van een ander werk. ‘Persoonlijk stempel van de maker’ betekent dat er sprake moet zijn van scheppende menselijke arbeid en dus van creatieve keuzes. Voor een inschrijving tot verkrijging van modelbescherming is slechts nodig dat het “nieuw” is en een “eigen karakter” heeft. Voor het zijn van model (dus met of zonder inschrijving/registratie) is slechts nodig dat het “het uiterlijk van een voortbrengsel” betreft. Oftewel: als op het uiterlijk van een gebruiksvoorwerp auteursrecht rust, dan is het ook een voorwerp dat vatbaar is voor modelbescherming. Omgekeerd is dat niet zo: het uiterlijk van een gebruiksvoorwerp (een model) is niet altijd vatbaar voor bescherming als model en er rust niet altijd auteursrecht op. Hou dit even vast.
De BCIP (Benelux Convention on Intellectual Property) geeft aan dat er een bijzondere regeling is als er sprake is van een opdracht tot het maken van model niet voor eenmalig gebruik maar “with a view to commercial or industrial use of the product in which the design is incorporated”, vrij vertaald: voor massaproductie door de opdrachtgever met het doel om te verhandelen. Dan geldt de opdrachtgever (de klant van 3DWorx) als fictief ontwerper van het model en deze heeft daardoor tevens het auteursrecht – zelfs als er geen modelregistratie van komt.
Terug naar de casus over ontwerpen en 3D-printen: de eerste vraag is beantwoord: we hebben een Nederlandse 3Dworx en een Nederlandse opdrachtgever. De tweede vraag om de vraag “Mag 3Dworx dit ontwerp voor anderen gebruiken?” te kunnen beantwoorden, is: waar gaat de klant het ontwerp van 3DWorx voor gebruiken?
Als het antwoord is: “ik ben fabrikant van fidget spinners” , dan heeft 3Dworkx geen intellectuele-eigendomsrechten; Fidget&Co is dan de (fictieve) ontwerper van het model (want massaproductie ter verhandeling) en daarmee tevens auteursrechthebbende.
Als het antwoord is dat de ander een tandartspraktijk is die mooie stoelen in de wachtruimte wil hebben, dan heeft 3Dworx de intellectuele eigendom: de feitelijk ontwerper geldt als juridisch ontwerper en kan het modelrecht claimen. Nederland kent geen opdrachtgeversauteursrecht (behalve in de uitzondering die ik zojuist besprak): de maker heeft het auteursrecht en dat zou dan in dit geval 3Dworx zijn.
Tenzij, en dan komen we weer bij de vele uitzonderingen die de Nederlandse Auteurswet kent, de tandarts heeft gevraagd of hij op de stoelen mag zetten “designed by dental clinic Amsterdam”, of dat de tandarts met zijn neus bovenop het ontwerpproces zat en voortdurend instructies gaf.
En dan is er nog de mogelijkheid dat 3Dworx in haar algemene voorwaarden heeft staan dat het modelrecht en auteursrecht in afwijking van de wet altijd bij haar berusten. Als het auteursrecht – om welke reden dan ook – bij 3Dworx ligt, is er als gevolg van de opdracht een stilzwijgende licentie aan de opdrachtgever: de opdrachtgever mag dan het werk gebruiken voor het doel waarvoor de opdracht is verstrekt.
Die licentie is dan weer niet exclusief: door de Wet auteurscontractenrecht is per 1 juli 2015 artikel 2 van de Nederlandse auteurswet in die zin gewijzigd dat niet alleen voor de overdracht van auteursrechten een daartoe bestemde akte is vereist (een schriftelijk stuk met twee handtekeningen), maar ook voor het verlenen van een exclusieve licentie. Staat er dus op de stoelen “design by 3DWorx” dan kan de tandarts er op wachten dat de stoelen ook bij de concurrent opduiken.
Overigens verdient nog de aandacht dat er conflicterende rechten kunnen zijn bij ontwerpen en 3D-printen: de EU kent het verschijnsel “niet-ingeschreven modelrecht” dat drie jaar geldt en toekomt aan de feitelijk ontwerper. Dat staat natuurlijk haaks op het BCIP dat bepaalt dat de modelrechten en auteursrechten toekomen aan de opdrachtgever van iets dat is bedoeld voor massaproductie ter verhandeling. De hoogste rechter in Nederland vond dat geen probleem omdat het EU-recht de lidstaten vrij laat om te regelen aan wie het auteursrecht toekomt – sommige rechtsgeleerden denken daar anders over en vinden dat het BCIP maar beter kan worden afgeschaft. In 2014 heeft het Verenigd Koninkrijk nog een met het BCIP vergelijkbare regeling afgeschaft om meer in lijn te komen met de EU (nou niet echt meer nodig want tja, Brexit).
Over wat geldt in “de EU” (of zelfs “de wereld”) over ontwerpen en 3D-printen is dus geen zinnig woord te zeggen, omdat andere EU-landen wel of niet vergelijkbare regelingen als Nederland kunnen hebben. Worden we daar vrolijk van? Rechtsgeleerden misschien wel, u niet.
Moraal van dit verhaal over ontwerpen en 3D-printen: aangezien u niet weet welke landen welke uitzonderingen hebben bedacht, kan u maar beter van te voren regelen aan wie de auteurs- en modelrechten toekomen. Het prijskaartje dat aan exclusiviteit hangt (meerprijs) is te verkiezen boven het prijskaartje dat aan onzekerheid hangt: proceskosten en de kans dat de beslissing van de rechter in uw nadeel uitvalt. Wij helpen u graag die onzekerheid te voorkomen door het opstellen van een goed contract of goede algemene voorwaarden. In het onverhoopte geval dat u daar te laat mee bent (er staat niets op papier en er is al een geschil), dan staan wij ook voor u klaar.
Lees-verder-tips:
- 22 oktober 2018: Column van onze Hub Dohmen over waar je als 3D-print-serviceprovider op het gebied van auteursrecht op moet letten. Dit is de Nederlandse vertaling van de Engelstalige column die eerder verscheen op 3Dfabprint.com.
- 16 oktober 2018: Column van onze Hub Dohmen over 3d-printen, auteursrecht en thuiskopie. Dit is de Nederlandse vertaling van de Engelstalige column die eerder verscheen op 3Dfabprint.com.
- 2 oktober 2018: 3D-Printen en intellectuele eigendom, hoe zit dat eigenlijk? Onze Hub Dohmen legt het uit aan de hand van bekende voorbeelden. Dit is de Nederlandse vertaling van de Engelstalige column die eerder verscheen op 3Dfabprint.com.
- Klik hier voor algemene vragen over auteursrecht.
- Klik hier voor algemene vragen over modelrecht.
Oktober 2018, Hub Dohmen
Dohmen advocaten – technology lawyers
e: h.dohmen@dohmenadvocaten.nl
twitter: http://twitter.com/hdohmen
LinkedIn: http://nl.linkedin.com/in/hubdohmen
Dit is de Nederlandse vertaling van de Engelse column die eerder in twee delen verscheen op 3Dfabprint.com
This is the Dutch translation of the English column that first appeared in two parts on 3Dfabprint.com. You can read it here and here.Zijn wij de beste advocaat 3dp in Nederland? Vind het uit tijdens ons spreekuur. Dohmen advocaten: uw advocaat gespecialiseerd in 3dp. No cure no pay mag niet in Nederland, maar we helpen u wel graag verder op ons gratis spreekuur 013-5821987 of op ons advocatenkantoor.