Illegale software. Het downloaden van software kan zomaar het faillissement betekenen van een bedrijfje dat via Piratebay software downloadt en installeert. En privé-aansprakelijkheid van de bestuurder als hij wist van dat downloaden via Piratebay. Vaak gaat het maar om een ‘test’ van een ondergeschikte ‘of het iets is’ en weet de manager van niets, maar daar heeft de softwaremaker meestal geen boodschap aan. Bovendien kan die softwaremaker niet in het hoofd van de ander kijken. Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten. Wie stout is krijgt de roe. Tegeltjeswijsheden te over. Ja, auteursrechthebbenden moeten beschermd worden. En ja, inbreukmakers moeten de schade betalen. De hoogte van de schadevergoeding moet dan wél fair zijn. Maar hoe hoog is die schade dan? Hoe rechters daar over denken, blijkt onder andere uit rechtszaken over gekraakte CAD/CAM-software. Siemens heeft daar bijvoorbeeld veel last van. Hun IP is toch één van hun belangrijkste bezittingen. CAD/CAM-software is niet de goedkoopste software. Als de rechter bij het schatten van de schade door illegale software uitgaat van de gebruikelijke licentievergoeding kan de rekening aardig oplopen. Dàt er uitgegaan mag/moet worden van de gebruikelijke licentievergoeding lijkt een uitgemaakte zaak. Uitzondering op die regel: als de softwaremaker licentiebedragen noemt die geen enkel zinnig bedrijf zou betalen. Want dan zegt de inbreukmaker: ‘laat maar zien die facturen van eerdere verkopen/licenties’. De rechtspraak rondom gekraakte software kristalliseert steeds meer uit.
Illegale software. Argumenten die de inbreukmaker tot nu toe hielpen
Wat je in alle illegale software-rechtszaken tot nu toe zag is dat het volgende argument werkt:
- de gekraakte versie laat geen andere keuze dan alle modules installeren
- dus is alles geïnstalleerd
- maar we hebben slechts x modules gebruikt
- dus is het onredelijk dat we voor alle modules moeten betalen.
Wat je ook mee zag spelen bij veel van die rechtszaken (bijvoorbeeld Siemens/Almteq, hof Arnhem-Leeuwarden): is het resultaat van het gebruik ook ingezet voor het bedrijf of is er alleen maar wat getest om te kijken ‘of het iets voor ons is’?
Advocaat illegale software nodig?
Bel vrijblijvend
Planit Software Ltd tegen Gear Technology Applications BV (GTA) uit Someren:
omwenteling door/bij rechtbank Den Bosch?
Nieuwste loot aan de stam van de gekraakte-software-uitspraken: Planit Software Ltd tegen Gear Technology Applications BV (GTA) (Rechtbank Den Bosch april 2019). Ook dat ging over CAD/CAM-software (Edgecam, van Planit/Vero Software BV). De prijs voor een volledig softwarepakket is bijna 5 ton. De rechter achtte niet bewezen dat de software meerdere keren was geïnstalleerd, maar één installatie werd wel bewezen. ‘Dat is dan 5 ton!’. Alles geïnstalleerd, want je kon niet anders, dus alles gekopieerd, dus inbreuk op alles.
Op grond van een Europese richtlijn (de zogeheten ‘Handhavingsrichtlijn’) kan de rechter kiezen uit twee manieren van schadeberekening. De eerste is een concrete schadeberekening, die kijkt naar bijvoorbeeld winstderving van de sofwaremaker en hoeveel winst de inbreukmaker heeft gemaakt door de inbreuk. De tweede is een forfaitaire schadeberekening. Bij die tweede keuze speelt een rol de licentievergoeding die verschuldigd was geweest “als de inbreukmaker toestemming had gevraagd om het desbetreffende intellectuele-eigendomsrecht te gebruiken”.
De rechter achtte de EU-regel over de forfaitaire berekening voor tweeërlei uitleg vatbaar: 1) ‘je betaalt voor wat achteraf gezien je behoefte was’ of 2) ‘je betaalt voor alles dat is gekopieerd’. De rechter koos voor uitleg twee. Bij die keuze speelde mee dat hij niet bewezen achtte hoeveel modules GTA zou hebben afgenomen als GTA de legale weg had bewandeld. Dat is overigens de eerste keer dat ik in een ‘module-softwarezaak’ zie dat voor alle modules betaald moet worden. In eerdere zaken zag je dat de inbreukmaker aannemelijk wist te maken dat hij niet aan al die modules behoefte had. Het uitgangspunt in de jurisprudentie lijkt dus te zijn of te worden: ‘betalen voor alles dat je hebt gekopieerd’, tenzij je aannemelijk kunt maken dat je behoefte lager is. Volgens de rechter had GTA een lagere behoefte niet onderbouwd. Houdt GTA zich met zodanig veel dingen bezig dat het aannemelijk maken van een lagere behoefte onmogelijk is? Of is hier een verschil van inzicht tussen GTA en rechter over het aannemelijk maken dat aan minder modules behoefte was? In het laatste geval verwacht ik dat GTA in hoger beroep gaat..
Eerder heb ik een rechter niet expliciet zien schrijven dat je de forfaitaire berekening op twee manieren mag uitleggen en dat de rechter dus de volle vrijheid heeft om alle modules in rekening te brengen ongeacht gebruik of behoefte. Ook dat zou een punt voor hoger beroep kunnen zijn. Ik weet overigens niet of rechters in eerdere uitspraken niet ook tot ‘afrekenen van alle modules’ zouden zijn gekomen als de behoefte daar in het vage was gebleven.
GTA heeft tot 24 juli de tijd om in hoger beroep te gaan. Ongetwijfeld bevinden zich thans meer softwaremakers en inbreukmakers in dezelfde positie. Beide groepen zullen deze zaak waarschijnlijk nauwlettend volgen. Bent u softwaremaker of (beweerdelijk) inbreukmaker en heeft u vragen over dit onderwerp? Meld het in ons gratis spreekuur IE-ICT-Techniek!
Lees-verder-tips:
28 mei 2019, Hub Dohmen
Dohmen advocaten
twitter: http://twitter.com/hdohmen
LinkedIn: http://nl.linkedin.com/in/hubdohmen
i: www.dohmenadvocaten.nl