Auteursrecht is een onderwerp waar je als ondernemer in de culturele sector bijna automatisch mee te maken krijgt. Maar wat houdt het eigenlijk in?
Een korte geschiedenisles
Iedereen kent wel het copyright-teken: ©. ‘Copyright’ is niets anders dan de Engelse term voor ‘auteursrecht’, het recht dat je als maker op je werk hebt. Internationaal gezien vertonen auteursrechten dan ook grote overeenkomsten, dankzij verdragen die tussen verschillende landen zijn gesloten. De Berner Conventie uit 1886 is voor ons van belang geweest, want daar is de Auteurswet uit voortgekomen die we nog steeds gebruiken.
De Nederlandse Auteurswet (Aw) bestaat uit 143 wetsartikelen verdeeld over acht hoofdstukken. Voor wie het eens wil bekijken, staat de Auteurswet online. De wet zoals we die nu hebben, ontstond grotendeels in 1912, maar wordt regelmatig aangepast aan recente ontwikkelingen. Zo is op 1 juli 2015 artikel 25fa Aw betreffende wetenschappelijk werk in werking getreden en is er momenteel een discussie gaande over afbeeldingen van auteursrechtelijk beschermde werken in de openbare ruimte.
Maar wat is auteursrecht dan…?
De Auteurswet regelt simpelweg hoe auteursrechten moeten worden toegepast. Wat zijn auteursrechten dan precies? Auteursrecht is een onderdeel van de Intellectuele Eigendom – de rechten die iemand heeft op intellectuele creaties, waaronder ook onder andere merkenrecht valt. Ik noemde net al “het recht dat je als maker op je werk hebt”. Auteursrecht ontstaat automatisch als een werk gemaakt wordt, zoals beschreven in artikel 1 van de Aw: ” Het auteursrecht is het uitsluitend recht van den maker van een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, of van diens rechtverkrijgenden, om dit openbaar te maken en te verveelvoudigen, behoudens de beperkingen, bij de wet gesteld. “
Het is logisch dat de maker van een werk auteursrecht heeft. Maar wie is de maker? Dat is niet per se degene die een werk bedenkt – hij of zij moet het namelijk ook nog tot uitvoering brengen. Dat is essentieel. Je kunt nog zo’n prachtig idee hebben – als iemand anders er met jouw idee vandoor gaat en het als eerste maakt, dan heeft diegene het auteursrecht op dat werk. Auteursrecht kan namelijk alleen maar rusten op een concreet, waarneembaar werk, zoals een boek, film of toneelstuk (artikel 10 Auteurswet maakt een opsomming van alle soorten werken waar auteursrecht op kan rusten).
… en hoe werkt het in de praktijk?
Auteursrecht blijkt in de praktijk een soms moeilijk te temmen beest en wat ik hier vertel, zal dan ook noodgedwongen zeer summier zijn. Als kunstenaar of anderszins ondernemer in de culturele sector zijnde, kun je op verschillende manieren met auteursrecht te maken krijgen: zo kun je zelf werk naar buiten brengen en verveelvoudigen, of je kunt iemand opdracht geven of van iemand een opdracht krijgen om dit te doen. Daarnaast kan het gebeuren dat je andermans werk wilt gebruiken voor een eigen project.
Auteursrechten kunnen worden overgedragen aan een ander en daarnaast kunnen auteursrechten ook overgaan door erfopvolging. Een interessant geval daarover was rond de jaarwisseling nog in het nieuws, namelijk het dagboek van Anne Frank. Let op: de rechten van de maker kunnen nooit in hun geheel worden overgedragen aan iemand anders. Alleen de zogenaamde ‘exploitatierechten’, die de economische belangen van een maker behartigen, kunnen worden overgedragen. Daarnaast zijn er nog immateriële rechten van de maker: de persoonlijkheidsrechten, die de morele belangen van een maker dienen. Persoonlijkheidsrechten zorgen ervoor dat de integriteit van een kunstwerk nooit kan worden aangetast, zelfs als het auteursrecht op het werk zijn overgedragen. Persoonlijkheidsrechten kunnen ook niet worden overgedragen. De nieuwe rechthebbende kan dus niet zomaar alles met het werk doen wat hij of zij wil.
Wat als je erachter komt dat iemand inbreuk maakt op jouw auteursrechten? Advocaten gespecialiseerd in Intellectuele Eigendom zijn er te over in Nederland (ik werk zelf voor zo’n advocatenkantoor, waar we een gratis telefonisch helpdesk hebben voor vragen over Intellectuele Eigendom). Veel beroepsverenigingen hebben een juridisch loket waar je je vragen kunt stellen. Een derde mogelijkheid is meer preventief; je kunt je inschrijven bij een collectieve beheersorganisatie, gespecialiseerd in jouw vakgebied, die jouw belangen behartigt. Maar let in dat geval wel op de kleine lettertjes – want aan sommige van deze organisaties draag je dan ook je auteursrechten over!
september 2016,
Yvonne Vetjens