Exacte kopieën
Woest kwam de ontwerpster ons gratis juridisch spreekuur binnen. Ze maakte al jaren zelfontworpen sieraden, en nu ineens trof ze exacte kopieën daarvan aan op internet! En dan zwaar onder haar prijs, van inferieur materiaal. Ook werden de namen die zij aan haar sieraden had gegeven één op één overgenomen.
Dat moest toch niet kunnen was de reactie van de ontwerpster van de sieraden. Nee, dat vonden wij ook. Ze had hier een opleiding voor gevolgd, het was haar broodwinning en het betrof hier echt creatieve dingen waar ze haar hele ziel en zaligheid in had gelegd, dus geen huis-, tuin- en keukenfröbelwerk.
Aangetekende brief
Hierop hebben wij een aangetekende brief gestuurd naar de eigenaresse van de website. Die snapte er niks van: hoezo auteursrecht, dat is toch iets met boeken? Eh, ja en nee. En hoezo ongeregistreerd Europees modelrecht, hoe kan ik zien dat iets beschermd is als model als ik het nergens kan terugvinden in een database? Afijn, na wat uitleg snapte de wederpartij toch dat het niet kon wat ze deed. Ze zou het nooit meer doen! Maar cliënte had flinke imagoschade doordat er bij haar klachten binnenkwamen over de kwaliteit van “haar” sieraden, die dus de inferieure sieraden van de ander bleken te zijn. In armoede had cliënte zelf besloten dat ze de productie van deze lijn zou staken en een nieuwe lijn zou gaan ontwikkelen. Cliënte wilde dus schadevergoeding en winstafdracht.
Opgave leverancier, aantallen en winst
Naar aanleiding van de wens tot schadevergoeding en winstafdracht is de eigenaresse van de website verzocht door te geven, wie is uw leverancier en hoeveel heeft u er verkocht? Flabbergasted was onze cliënte toen doodleuk het antwoord kwam: “Met Koningsdag contant gekocht, hele doos met 20 stuks tegelijk, maar geen idee van wie, heb geen bonnetje, als u kan wachten tot de volgende Koningsdag weet ik misschien meer. Winst heb ik niet gemaakt, niemand wilde die troep hebben dus ik heb zwaar moeten afprijzen.” .
Beslagleggen?
Het kon natuurlijk dat de eigenaresse van de website de waarheid sprak, dan werd het probleem groter gemaakt als het in feite was. Cliënte geloofde het verhaal in ieder geval niet en wilde beslag laten leggen op de boekhouding. Op zich een terechte wens. Voordat je een hele kerstboom aan procedures optuigt, is het echter zinvol om na te gaan hoe de financiële vlag er bij de ander bijhangt, want je moet al die beslagen enzovoort wel kunnen verhalen. Na wat speurwerk leek de financiële vlag van de webshop – een kleine BV – niet al te rooskleurig te wapperen. Dus ja, daar sta je dan.
Creatieve oplossing: het worstje en de stok
Cliënte besloot om de ander er genadig van af te laten komen: een schadevergoeding die redelijk was, maar niet zonder waarborgen! Overeenkomstje opgesteld tegen finale kwijting, met daarin het bedrag dat de wederpartij zelf had aangeboden. Het risico dat het “Koningsdagverhaal” een “kaasverhaal” zou blijken, was daarin uitgesloten door het “Koningsdagverhaal” op te nemen in de overeenkomst. In de overeenkomst was vervolgens een enorm risico gelegd bij de bestuurder van de BV in privé: die diende namelijk óók de overeenkomst te ondertekenen. Als die de waarheid heeft verteld over de herkomst, de aantallen en de winst heeft die niets te vrezen. Mocht later de leverancier worden gevonden en die verklaart 1.000 stuks aan de BV te hebben geleverd, of zou uit een later bewijsbeslag op de boekhouding alsnog blijken van Pinocchiogedrag, dan zou de bestuurder in privé worden aangesproken. In de overeenkomst stond namelijk een boete op onjuiste opgave. Uiteindelijk ondertekenden zowel de BV als haar bestuurder. Was de handtekening uitgebleven, dan had cliënte daarmee bij de rechter aannemelijk kunnen maken dat er onjuiste opgave was gedaan.
Moraal van dit verhaal
Moraal van dit verhaal: we zijn deze samenleving nog wel eens aan het overjuridiseren. Als iemand je nadeel heeft bezorgd, maar je wilt voorkomen dat je met een kanon op een mug aan het schieten bent, verzin dan een creatieve oplossing.
Ook interessant in het kader van namaak: 21 september 2015: ‘Ja maar, bestond al’ I: column van onze Jan Smolders over de vraag wanneer “ja maar, bestond al” een zinvol verweer kan zijn; 29 oktober 2015: ‘Ja maar, bestond al’ II, column van onze Hub Dohmen over de vraag wanneer “ja maar, bestond al” een zinvol verweer kan zijn. 11 augustus 2014 column Naäpen mag!; 4 juni 2013 (auteursrecht) column “Stijlpikkers”: namaken stijl schilderij toegestaan volgens Hoge Raad.
mr. Jan Smolders
Deze column werd in november 2015 gepubliceerd op Creatiefzuid.nl.